Erwten

De gunstige eigenschappen van erwten blijken uit het feit dat ze qua hoeveelheid eiwit vergelijkbaar zijn met vlees. Een belangrijk voordeel hiervan is dat het gemakkelijker verteerbaar is.

Er zijn 7 verschillende soorten erwten, maar twee zijn het meest geschikt voor de teelt. De indeling in groepen is als volgt:

  • Pellingvariëteiten waarvan de bonen een perkamentlaag hebben. Er worden groene erwten van gemaakt.
  • Suiker- of groentevarianten, in hun geheel gegeten met de peul. Zeer veeleisend en wispelturig tijdens de groei.

Erwten worden in het vroege voorjaar geplant, as wordt toegevoegd bij het losmaken van de grond. De terugkeer van planten naar hun oude groeiplaats is na 4 jaar mogelijk. Het zaaien gebeurt in verschillende passen met een verschil van 10 dagen.

Bij de teelt van erwten is het belangrijk om de vochtbalans op peil te houden door minimaal één keer per week water te geven; tijdens de bloeiperiode moet de grond constant vochtig zijn.

Geplante erwtenvariëteiten onderscheiden zich door rondheid en gerimpelde (hersenerwt) korrels. Hersenbonen produceren hoogwaardige en zeer smakelijke erwten.