Welke invloed heeft de timing van het planten van aardappelen op de kwaliteit en opbrengst?

Omdat het tijdstip van het planten van aardappelen een grote invloed heeft op de opbrengst en kwaliteit, mag het planten niet worden uitgesteld.
Wanneer de plant vroeg wordt geplant, voordat de bladluisvector actief wordt, wordt de plant leeftijdsbestendig en heeft daarom minder last van virusziekten. Bij het bepalen van de timing van het planten van aardappelen moet uiteraard rekening worden gehouden met de weersomstandigheden, de bodemgesteldheid en de fysiologische toestand van de knollen.
Optimale omstandigheden voor het planten van aardappelen: bodemtemperatuur - 10-13 graden (op een diepte van 10-15 cm). Dit gebeurt meestal als de gemiddelde dagelijkse luchttemperatuur meer dan 8 graden bedraagt. Bij lagere temperaturen ontkiemen aardappelen niet lang, uitlopers met knobbeltjes kunnen voortijdig op het oppervlak van de knollen verschijnen, dat wil zeggen dat ze beginnen te groeien.
De bodemtemperatuur is niet de enige bepalende factor voor het plantmoment van aardappelen; de hoge luchtvochtigheid is eerder beperkend. Planten in een te natte grond (bij voldoende temperatuur) kan vaak leiden tot beschadiging van het plantmateriaal door bacteriële ziekten.
Bovendien hebben plantdata invloed op de verwerking van planten in de zomer. Elke variëteit moet zo snel mogelijk (tot 7 dagen) op één plek worden geplant, anders zijn daaropvolgende behandelingen met pesticiden mogelijk niet erg effectief, omdat ze in bepaalde fasen van de plantontwikkeling worden uitgevoerd.
Maar niet alleen te laat aardappelen planten is schadelijk.Als je heel vroeg plant, bestaat het risico dat de gewassen aan vorst onderhevig zijn, wat de opbrengst ook niet ten goede komt.
Velen, gericht op volkstekens, planten tijdens de periode van knopbreuk op de berk en het einde van de bloei van vogelkers.